Instellingen
In de context van KNX IP Secure (zie hier) kan KNXnet/IP Router naast 'Secure Commissioning' ook 'Secure Tunneling' aanbieden.
Om veilige tunneling te gebruiken, moet de ETS-gebruiker, bij het aanmaken van een project, voor elke KNXnet/IP-router-reeks de volgende elementen instellen:
- Authenticatiecode
- Wachtwoord voor inbedrijfname
De 'authenticatiecode' is een soort gebruiker-ID, het 'wachtwoord voor inbedrijfname' verwijst naar het wachtwoord dat tijdens de inbedrijfname werd ingesteld.
Gebruik in ETS
Om (reeds) geconfigureerde verbindingen voor veilige tunneling te gebruiken, moet de ETS-gebruiker de overeenkomstige 'authenticatiecode' en het overeenkomstige 'wachtwoord voor inbedrijfname' specificeren. Hierna stelt ETS de beschikbare tunnelingpoorten voor.
Gebruik buiten ETS
Om (reeds) geconfigureerde verbindingen voor veilige tunneling te gebruiken, kan de uit ETS geëxporteerde 'keyring' (zie hier) worden gebruikt om de overeenkomstige 'authenticatiecode' en het overeenkomstige 'wachtwoord voor inbedrijfname' te specificeren.
In geval van Falcon (zie hier): raadpleeg de 'KnxIpSecureTunnelingConnectorParameters'-klasse in de documentatie van Falcon SDK.